De noodzaak

Een maand geleden-

Ik loop over de markt. Plotseling rent er een vrouw voor me uit, gevolgd door een man. Zij draagt een kind. Het ligt als een lappenpop in haar armen. Slap, de armen bungelen naar beneden. De paniek is voelbaar! De man leidt haar ergens heen.

Wat is er met het kind? Waar gaan ze naar toe? Vraag ik me af. Is er medische hulp in de buurt? Als er al iemand is, is het wel dichtbij genoeg om er naar toe te kunnen rennen? Het verkeer is een chaos, de infrastructuur zo fragiel en een ziekenhuis is misschien niet te betalen. Trouwens, als ze het ziekenhuis kunnen bereiken, zijn er dan mensen die hen opvangen?

Een week geleden-

Deze boot als noodvervoer ? Ja!

We hadden een nacht gekampeerd op een eiland 5 kilometer uit de kust van Conakry.

De dag liep ten einde en het werd tijd om terug te gaan. We stapten in een bootje (zie boven). Meestal vaart de boot pas uit als hij vol is. Soms is dat na 10 minuten, een andere keer duurt het een half uur of langer. Het bootje vulde zich gestaag. De bloedhete zon teisterde onze blanke huid. Ik smeerde net de kinderen in toen er een man aan boord kwam met een jong kind in zijn armen. Als een lappenpop lag het in zijn armen.

Het kind, wat zou het zijn geweest, 4 jaar misschien, was buiten bewustzijn. Verband om het hoofdje, wat gaas om het bloed van het gezicht te deppen. Bloed kwam uit zijn neus en druppelde uit zijn oortje. Zou de huilende vrouw op de kade zijn moeder zijn geweest? Zou het de vader zijn die met het kind in zijn armen, in de brandende zon wacht tot het bootje vertrekt? Op zoek naar hulp? Het dichtstbijzijnde ziekenhuis is aan de overkant, met een kind, in deze toestand, duurt de overtocht lang.

Van hier naar daar, de overkant is zichtbaar op de achtergrond

Alle mensen in de boot zijn stil. Onze kinderen zijn diep onder de indruk. ‘Een motor ongeluk’ maken we op uit de woorden van de man. Eenmaal onderweg stellen we na een tijdje voor om te bidden. Er wordt geknikt. Hoopvol. Of is het noodgedwongen?

Nee, eerder verwachtingsvol of opgelucht dat tenminste iemand durft te opperen dat we willen leunen op Iemand die groter is dan wij. En in dat kleine bootje op het water roepen we God aan. Aarzelend Frans om te beginnen. “‘l’anglais est bon” zegt een vrouw, waarop we vervolgen in het engels. Wa ʿalaykumu s-salām wordt er gemompeld ter afsluiting.

We zamelen geld in. Wie wil, geeft naar wat hij kwijt wil. Het een na het andere voddige biljet wordt stilzwijgend doorgegeven. Een stapel geld bereikt de man. Hij glimlacht.

Zodra we aanmeren is iedereen weer alert. Eerst de man en het kind uit de boot! Springend over enkele boten die tussen de onze en de kade in liggen. In de haven waar honderden vissersbootjes liggen zijn overal en altijd mensen.

Zij spoeden zich over de kade, tussen de drommen mensen door en we verliezen hen uit het oog.

Het werd hier zo zichtbaar en zo tastbaar: 5 biljoen mensen ter wereld hebben geen toegang tot tijdige, veilige en betaalbare zorg.

In de afgelopen 8 maanden in Guinee, zijn er aan boord meer dan 2000 mensen geopereerd. Met hernieuwde moed en hoop voor de toekomst kunnen ze hun levens voortzetten. Maar dat niet alleen. In de tien maanden die we in een land verblijven doen we een aantal dingen: zoveel mogelijk mensen opereren in 1 van de 5 operatiekamers aan boord en lokale chirurgen en medici in de praktijk opleiden en/of bijscholen. We werken samen met de leiders van het land om het bestaande zorgsysteem te versterken.

Image for post
Guinee

Hoop.. tastbaar geworden aan boord

Nog 2 maanden in Guinee voor we uitvaren met de Africa Mercy. Deze mensen zetten hun leven met hernieuwde hoop voort! #MercyShips

Image for post
Image for post
Foudou voor en na zijn operatie aan zijn hals
Image for post
Gamai, na behandeling aan vergroeiingen door brandwonden
Image for post
Image for post
Isatu voor en na de verwijdering van haar tumor.

De Africa Mercy vaart weg in de wetenschap dat er dokters en andere medici achterblijven die de skills hebben om hun land te dienen!

Ere Wie ere toekomt.


Also published on Medium.